November 2020

Gisterochtend werd ik wakker uit een bizarre droom. Verschillende delen van mijn bewustzijn voegden zich samen in die droom en dat maakte een verrassend geheel. Niet helemaal serieus te nemend en toch kreeg ik ook het gevoel dat er een boodschap voor me inzat. Over hoe er nog meer geïntegreerd mag worden in mijn leven. Er nog zo’n beetje over mijmerend zag ik ineens een vuurtje op mijn innerlijke beeldscherm. In een flits kwam het voorbij en daarna nog een keer. Voldoende om te beseffen dat ik iets met vuur mocht gaan doen. Dus vroeg ik Henri of hij later op de dag met mij buiten een vuurtje wilde maken. Mogelijk zou er zich wel een ritueel ontvouwen.

Om vier uur in de middag terwijl de zon hier in Zweden onderging maakten wij aan de oever van het meer een vuur. Een vuur voor onszelf, onze reis, voor ons samen, voor het leven als avontuur zien. Wat is vuur maken toch een heerlijke, krachtige bezigheid. Zeker in verbinding met intenties en dankbaarheid. Bijna anderhalf uur hebben we om het vuur gestaan, er gevoeld en ervaren. En tegen het eind gebeurde het. Ik voelde een energie in mijn lichaam komen. Eerst dacht ik mijn koningin te voelen, omdat ik haar kleuren waarnam. Het blauw en wit/zilver wat ik zo vaak zie en waar ik me al mijn hele leven mee verbonden voel. Deze energie werd echter groter en anders van vorm. Vervolgens zag ik het wezen dat zich met mij verbond voor mijn geestesoog verschijnen. Een wezen met een prachtige volle zachtblauwe kleur, enorme grote donkere, zeer vriendelijke ogen en een hele smalle hals. Eigenlijk nam ik alleen het bovenste gedeelte van haar lichaam waar. Het hoofd zonder duidelijk aanwezig haar en de hals.

Later was daar de naam Andromeda, een sterrenstelsel, het thuis van dit wezen. En misschien ook wel het thuis van mijn wezen.

Vanochtend dronk ik buiten mijn eerste kop gemberthee van de dag. Heel voorzichtig schemerde er iets van blauw door in de grijze lucht. De honden liepen met me mee terwijl ik een stuk over het pad wandelde. Ineens was daar Andromeda weer in mijn bewustzijn en direct kon ik de energie van het wezen voelen. Ook nu tijdens het schrijven is ze bij me. Ik verwacht dat ik haar verder zal leren kennen.

Ik stem me op haar af en geef haar de ruimte, benieuwd wat er gaat komen. Weer laat ze zich in mijn lichaam voelen. Ik voel haar eerst in mijn hoofd. Het is alsof de vorm ervan veranderd. De stand voelt ook anders ten opzichte van mijn nek. Haar hoofd lijkt niet zozeer op haar nek te staan  maar er meer aan te hangen. Haar nek loopt ook hoger door tot bijna bovenaan haar hoofd en bevindt zich helemaal aan de achterkant van haar hoofd. Dan word ik me bewust van haar ogen. Ze voelen als donkere meren met een fluweelzacht oppervlak. Haar ogen dragen een enorm weten in zich, ze is in staat om ver te schouwen. Dan ga ik mijn derde oog voelen gevolgd door mijn neus. Haar neus is minder aanwezig en lijkt een ondersteunende functie te hebben voor haar derde oog. Vervolgens voel ik mijn holtes, mijn altijd gevoelige holtes en ook die verbinden zich met het derde oog. De verbinding heeft de vorm van een driehoek of een piramide.

Ondertussen slaan hier de honden aan. Er is een andere bezoeker op de plek gearriveerd en die haalt een stuk of zeven zwart/witte puppy’s uit de auto. Is dat even schattig. Ik maak van de afleiding gebruik om nog even wat hout op de kachel te gooien en zie dat ik die bijna heb laten uitgaan.

Dan concentreer ik me weer op het wezen van Andromeda en voel een aantal heel specifieke punten in mijn gezichtsholtes. Samen vormen ze inderdaad een piramide en ik krijg de indruk dat het een soort platform is. Ik voel hoe ik word uitgenodigd om plaats te nemen op dat platform. Ik weet wat er nu gaat komen. Het reizen naar andere dimensies via een piramide is wat ik al veel langer doe in mijn reizen naar de maan. Dit is echter weer een heel andere plek om naartoe te gaan en dat maakt het wel weer spannend. Langzaam reis ik naar boven, mijn energetisch lichaam de tijd gevend om rustig te wennen en dan is daar het moment dat ik ergens land. De plek voelt heel licht, bijna wit. Daar waar ik het licht van de maan altijd waarneem als schemerdonker is het hier wit. Terwijl ik me verder probeer af te stemmen op de plek en ik de indruk krijg dat ik een wezen voor me zie, word ik weer terug geleid naar mijn lichaam. Alsof ik de energie van deze plek en deze wezens eerst in mijn lichaam mag waarnemen en op mijn lichaam mag laten inwerken. Behalve in mijn hoofd voel ik het nu ook in mijn romp. Subtiel baant de energie zich een weg door mijn lichaam. Het heeft een zachtheid over zich zonder dat het daardoor ook maar iets aan kracht inboet. Ik voel het in mijn bekken, mijn yoni. En dan zijn mijn benen aan de beurt. Die voelen ineens veel langer en dunner en van een heel andere energie. Ze krijgen ook een andere stand ten opzichte van mijn bekken. Daarmee opent zich van alles. Dat doet ook iets voor mijn heupen, die voelen ineens meer als een geheel, krachtiger ook. 

Lange tijd zit ik in deze energie. Als mijn concentratie afneemt is het tijd om afscheid te nemen. Het duurt echt even voordat ik weer helemaal op aarde ben. Ik vraag aan mijn wezen of Andromeda echt mijn thuisplaneet is en het antwoord is ‘ja’. Ergens kan ik er nog niet helemaal bij en tegelijkertijd voelt het ook zo kloppend.